Uitvinding: 'standaard' beademingsapparaat

Wetenschappers ontwerpen een beademingsapparaat dat volledig bestaat uit standaardonderdelen. Omdat deze onderdelen bijna overal ter wereld lokaal voorradig zijn en door veel fabrikanten worden gemaakt kunnen deze nieuwe ontwerpen overal geassembleerd worden. De wetenschappers hopen hiermee in te spelen op de grote vraag naar beademingsapparatuur.

Sinds de coronacrisis is er een schaarste aan beademingsapparatuur ontstaan. Dit omdat de beademingsapparaten bestaan uit specifieke onderdelen waar een tekort aan is en waar logistieke problemen bij zijn ontstaan door de grote vraag. Een projectteam van wetenschappers test de eerste prototypes van het 'standaard' beademingsapparaat. Het projectteam bestaat uit ingenieurs van de afdeling Biomechanical Engineering van de faculteit 3ME van de TU Delft en werken samen met clinici van het Erasmus MC en het LUMC. Het project is onderdeel van Air for All, een overkoepelend initiatief van de TU Delft dat bestaat uit drie deel-projecten om het vraagstuk rondom beademingsapparatuur op te lossen. Zo is ‘OperationAIR’ het project waarbij een studententeam binnen enkele weken een werkend prototype, de AIRone, ontwikkelde van een versimpeld en relatief makkelijk op schaalbaar beademingsapparaat dat als noodoplossing kan dienen wanneer de reguliere beademingsapparatuur niet meer voorradig is. Naast het gebruik van standaard industriële onderdelen die overal voorradig en gecertificeerd zijn, is het beademingsapparaat ontworpen om doorlopende productie mogelijk te maken, zelfs wanneer een aantal moeilijk te vinden onderdelen opraakt. Dit zou lokale fabrikanten overal ter wereld in staat moeten stellen om de beademingsmachine in massaproductie te nemen wanneer er tekorten dreigen. Het project is onder leiding van Prof. dr. Amir Zadpoor, hoogleraar aan de TU Delft: “Het is ongelofelijk om te zien hoe onze groep, voornamelijk bestaande uit promovendi en postdocs van 3ME, met dit project aan de slag is gegaan. Maar ook de input van de clinici van het LUMC en Erasmus MC in de beginfase is zeer waardevol om het ontwerp toepasbaar te maken voor de klinische praktijk."